10scherpe hoeken
112B en 2C zijn ?
12rechth.3hoek (tan)
13rechth.3hoek (tan)
14rechth.3hoek (tan)
15cosinus s.hoek
16bissectrice en zwaartelijn
17bissectrice en hoogtelijn
18middelpunt omcirkel
19opp. rechth. driehoek

20

21rechthoekszijde
22rechthoekszijde
23rechth.3hoek (form 1)
24rechth.3hoek, sin
25rechthoekszijde(tan)
26\( \frac{1}{b^2c^2}=\frac{1}{a^2b^2}+\frac{1}{a^2c^2}\)
27sin B + sin C
28rechth.3hoek,h,z - hoek_(1)
29rechth.3hoek,h,z - hoek_(2)
30rechth.3hoek,h,z - hoek_(3)
31middelpunt omcirkel
32oppervlakte rechth.3hoek
33drie rakende cirkels

34

r = ?

35gelijkb.rechth.Δ- incirkel
36grootste driehoek
37(tanB − 1) / (tan B + 1)
38bissectricestelling

39
40
41

42\(\large \frac{\tan\frac{B\,-\,C}{2}}{\tan\frac{B\,+\,C}{2}}\)
43rechth.Δ + zwaartelijn
44neveneigenschap
45grootste waarde
50betekenis h.a en ^h/_a
51 3hoek+cirkels
52 som sin²hk in r.3hoek
53 som cos²hk in r.3hoek
54 rechth.3hoek (cos)
55 30°-60°-90°_(1)
56 30°-60°-90°_(2)
57 rechth.3hoek (sin,tan)
58 zwaarte- & -hoogtelijn(1)
59 zwaarte- & -hoogtelijn(2)
60 rechth.3hoek (+cirkel)
61 rechth.3hoek (+omcirkel)
62
63 zwaartelijnstukken
64 drie uitspraken waar ?
65 ruit met diagonalen
66rechth.3hoek in cirkel
67balk (hoek)

68

693-4-5 Δ + incirkel

70

71oppervl. rechth.3hoek

72
73	rechth.Δ + hoogtel. + zwaartel.
74

Vlaamse Wiskunde Olympiade
VWO -eerste ronde :
hoeken in 3-4-5 Δ
JWO - tweede ronde :
recht.Δ+zwaartelijnen (J)