In het vlak tekent men een gelijkzijdige driehoek ABC. Waar moet de oorsprong van het vectorvlak gekozen worden opdat ? |
A. In één van de hoekpunten van de driehoek |
---|---|
B. Op de omgeschreven cirkel van de driehoek | |
C. In het spiegelbeeld van A t.o.v. BC | |
D. In het spiegelbeeld van B t.o.v. AC | |
E. In het spiegelbeeld van C t.o.v. AB |
vwo14-(2s23) - op net sinds 17.10.2012-(E)-5.8.2024
Deze vraag (vraag 23) werd gesteld op woensdag 3 maart 1999, tijdens de tweede ronde van de Vlaamse Wiskunde Olympiade.
57% van de deelnemers (aan deze tweede (!) ronde ) vonden het juiste antwoord (26% blanco)
IN CONSTRUCTION |
---|