De drie hoeken van een gelijkbenige, niet gelijkzijdige driehoek meten een geheel aantal graden.
Wat is het kleinste verschil tussen de grootste en de kleinste hoek dat kan optreden?
A.  1°
B.  2°
C.  3°
D.  4°
E.  5°
Niet te snel antwoorden !
A    B    C    D    E

[ 1-9425 - op net sinds 27.9.2018-(E)-24.12.2024]

Translation in   E N G L I S H

The three angles of an isosceles not equilateral triangle measure an integer number of degrees. What is the smallest difference between the largest and smallest angle that can occur ? A.  1°
B.  2°
C.  3°
D.  4°
E.  5°

Oplossing - Solution

→ ofwel bij een gelijkbenige driehoek met tophoek 62°
  (basishoeken 59°),
→ ofwel bij een gelijkbenige driehoek met tophoek 58°
  (basishoeken 61°)
GWB