De driehoek die de twee gestippelde lijnen bevat is niet een rechthoekige driehoek maar een gelijkbenige driehoek met opstaande zijde
(Pythagoras). De basis van deze gelijkbenige driehoek is een ribbe van het viervlak (lengte 2).
Door de cosinusregel toe te passen op deze zijde (die tegenover de gevraagde hoek ligt), vindt men
(x = 70°31′44″)