Aantal met één cijfer : enkel 7 → 1 stuk
Aantal met twee cijfers : 16, 25, 34, 43, 52, 61, 70 → 7 stuks
Aantal met drie cijfers :
106 ... 161 → 7 stuks
205 ... 250 → 6 stuks
304 ... 340 → 5 stuks
403 ... 430 → 4 stuks
502 ... 520 → 3 stuks
601 en 610 → 2 stuks
700 → 1 stuk
Totaal aantal : 1 + 7 + (7+6+5+4+3+2+1) = 8 + 28 = 36
2de manier :
Beschouw het cijfer van de hondertallen, de tientallen en de eenheden als een spaarpot waarin je 7 jetons moet laten vallen (spaarpotprincipe → herhalingscombinaties) :
