1 2 3 4 -2 3 2 1 0 -1 -2
De grafieken van de functies f (blauw) en g (groen) zijn congruent (parabolen).
Uit de figuur kan je besluiten dat
A.   f (x – 3) = –g (x)
B.   f (x – 3) = –g (x)
C.   f (x + 3) = g (x)
D.   f (3 – x) = –g (x)
E.   f (x) = –g (3 – x)
    a    b    c    d    e

[ 4-8857 - op net sinds 27.5.2024-(E)-25.7.2024 ]

Translation in   E N G L I S H

IN CONSTRUCTION

Oplossing - Solution

Verschuif de grafiek van f met 3 eenheden naar rechts : y = f(x – 3)
Als je deze spiegelt t.o.v de x-as verkrijg je de grafiek van g :
g(x) = − f(x – 3)  ⇔  f(x – 3) = −g(x)