Het is gemakkelijk in te zien dat de oppervlakte S van de driehoek gelijk is aan
(
basis × hoogte) :
\(S= \frac12.\frac{(k\,-\,8)^2}{20}.k=\frac{k.(k\,-\,8)^2}{40}=\frac{1}{40}(k^3-16k^2+64k)\)
Het maximum van deze derdegraadsfunctie bepalen we d.m.v. de afgeleide :
\(D_k\;\frac{1}{40}(k^3-16k^2+64k)=\frac{1}{40}(3k^2-32k+64)=\frac{1}{40}(k-8)(3k-8)\)
De enige nulwaarde tussen 0 en 8 is
.
Vermits we tussen 0 en 8 een maximum verwachten zal k =
ons de maximale oppervlakte voor ABC
opleveren.
(een eventueel schema kan dat bevestigen)