De rechte x = h snijdt de kromme in twee punten met y-waarde \(y=\pm h\sqrt{3-h}\).
De basis (verticaal) van de driehoek heeft dus een lengte \(2h\sqrt{3-h}\).
De oppervlakte \(S=h^2\sqrt{3-h}\).
Om het maximum te kennen berekenen we de afgeleide van S naar h :
Deze afgeleide heeft als nulwaarde 0 en 2,4.
We vermoeden dus zeer sterk dat we voor h = 2,4 een maximale waarde krijgen voor S.
Dit vermoeden wordt bevestigd door het volgend schema
h | 0 2,4 .
h(12-5h)
| − 0 + 0 −
S | ↘ ↗ MAX ↘
(rekening houdend dat de noemer van de afgeleide positief is voor 0 < h < 3)