(*)Strikt genomen zijn C en D hetzelfde antwoord. Hoewel sommigen deze notatie niet graag zullen zien vind ik ze toch zeer handig bij het berekenen van limieten.
Met +0 bedoel ik dat de limiet van de functie 0 is maar de functiewaarde in de gegeven omgeving positief blijft, m.a.w. je nadert 0 langs de positieve kant.
Met − 0 bedoel ik dat de limiet van de functie 0 is maar de functiewaarde in de gegeven omgeving negatief is, m.a.w. je nadert 0 langs de negatieve kant.
Natuurlijk kan je dit alleen bij het getal 0 gebruiken. Eventueel zou je i.p.v. − 0 en + 0 ook kunnen schrijven : 0− en 0+
[ 5-6487 - op net sinds 17.8.2020-(E)-30.10.2023 ]
x > 2, dus 2 − x < 0 (Denk bv. aan x = 2,1, dan is 2 − x = − 0,1)
Dicht bij 0 maar negatief. In de noemer krijg je dus eigenlijk "− 0".
Rekening houdend met de tekenregel krijg je dan :
(− 4) : (− 0) =