In een orthonormaal assenstelsel
is   |avec| = 3   en   |bvec| = 5.
Als je weet dat beide vectoren
avec en bvec loodrecht op elkaar staan,
dan is de nulvector ook gelijk aan
A.   \(\vec A^2.\vec B^2\)
B.   \((\vec A.\vec B)^2\)
C.   \((3\vec A).(5\vec B)\)
D.   \((\vec A.\vec B).\vec A\)
E.   \(5-(\sqrt5)^2\)
A    B    C    D    E 

[ 4-4590 - op net sinds 27.7.12-(E)-18.7.2024 ]

Translation in   E N G L I S H

In a normal (orthogonal) Cartesian coordinate system
is   |avec| = 3   en   |bvec| = 5.
If you know that both vectors avec and bvec are perpendicular
then the nulvector is represented by
A.   \(\vec A^2.\vec B^2\)
B.   \((\vec A.\vec B)^2\)
C.   \((3\vec A).(5\vec B)\)
D.   \((\vec A.\vec B).\vec A\)
E.   \(5-(\sqrt5)^2\)

Oplossing - Solution

1ste manier :
A, B, C, E zijn geen vectoren maar getallen !
Dus moet D het juiste antwoord zijn.
2de manier :
Als  \(\small \vec {A} ⊥ \vec B {} \)  is  \(\small \vec {A}\cdot \vec {B} = 0 \)  en is dus
    \(\small (\vec {A} \cdot \vec {B}).\vec A = 0 \cdot \vec {A} = \vec {O} \)
We hebben dus de normen van de vectoren NIET gebruikt !
gricha