De tweedegraadsfunctie
f :   y = (x − 1)(x − 3)
heeft als bereik
A.   [ − 1, plusoneindig[
B.   [ 2 , plusoneindig[
C.   [ 1 , 3 ]
D.   ]minoneindig , 2 ]
E.     R
A    B    C    D    E

[ 4-4551 - op net sinds 22.12.07-(E)-21.7.2024 ]

Translation in   E N G L I S H

What is the range of the
second-degree function
f :   y = (x − 1)(x − 3)
A.  [ − 1, )      ( or :   x ≥ − 1 )
B.  [ 2 , )    ( or :   x ≥ 2 )
C.  [ 1 , 3 ]        ( or :   1 ≤ x ≤ 3 )
D.  ( minoneindig , 2 ]    ( or :   x ≤ 2 )
E.    R              ( all x )

Oplossing - Solution

De nulwaarden van   y = (x − 1)(x − 3) zijn 1 en 3.
De top heeft dus als abscis 2 (gemiddelde van 1 en 3) en als ordinaat (2 − 1)(2 − 3) = − 1.
Vermits de parabool een dalparabool is zijn dus alle y-waarden vanaf − 1 mogelijk.
gricha