Een rij wordt als volgt gedefinieerd :
t1= 2 , t2 = 10 ,   en vanaf n = 3
tn = rekenkundig gemiddelde van tn−1 en tn−2.
De vijfde term van deze rij is
A.   6
B.   7
C.   8
D.   v20
E.   geen v.d. vorige
A    B    C    D    E

[ 4-4043 - op net sinds 15.10.12-(E)-30.10.2023 ]

Translation in   E N G L I S H

A sequence is defined recursively by


What is the fifth term of this sequence ?
A.  6
B.  7
C.  8
D.  v20
E.  none of the above

Oplossing - Solution

t1 = 2 , t2=10   ⇒   t3= 1/2(2 + 10) = 6
t2 = 10 , t3 = 6   ⇒   t4= 1/2(10 + 6) = 8
t3 = 6 , t4 = 8   ⇒   t5= 1/2(6 + 8) = 7
gricha