Merk op dat de noemer in het rechterlid precies het product is van de twee andere noemers. Bovendien mogen we niet zomaar beide leden vermenigvuldigen met
(x + 3).(x − 2) want we kennen het teken niet van dat product.
We brengen alles over naar het eerste lid en zetten de breuken op gelijke noemer.
Nulwaarden : −2 en
Polen : − 3 en 2
Wat het volgende tekenschema weergeeft :
(Rechts beginnen met + omdat alle eerstegraadsfactoren van de vorm ax+b zijn waarbij a positief is, dan tekens afwisselen omdat alle factoren van de eerste (oneven) graad zijn).
Op het schema lees je de oplossingenverzameling af (3 'delen')