Van de drie volgende gelijkheden : a − (b + c) = (a − b) + c a + (b − c) = (a + b) − c a − (b + c) = (a − b) − c |
A. is enkel de eerste juist |
---|---|
B. is enkel de tweede juist | |
C. is enkel de derde juist | |
D. zijn de 1ste en de 2de juist | |
E. zijn de 2de en de 3de juist |
[ 2-1999 - op net sinds 8.12.13-(E)-24.10.2023 ]
a − (b + c) = (a − b) + c a + (b − c) = (a + b) − c a − (b + c) = (a − b) − c |
A. only the first is correct |
---|---|
B. only the second is correct | |
C. only the third is correct | |
D. the 1th and the 2nd are correct | |
E. the 2nd and the 3th are correct |