De hoek tussen de vectoren en is 45°. Als de normen (lengte) van en respectievelijk en 6 zijn, dan is . ( − 6 ) gelijk aan |
A. − 34 |
---|---|
B. 2 | |
C. 2 − 36 | |
D. een getal kleiner dan − 34 | |
E. een (welbepaalde) vector |
[ 4-1936 - op net sinds 25.5.2021-(E)-19.7.2024 ]
IN CONSTRUCTION |
---|