Van de drie volgende
gelijkheden :
2bc − b² − c² = (− b − c)²
(− b − c)² = − (b + c)²
A.   is enkel de 1ste juist
B.   is enkel de 2de juist
C.   is enkel de 3de juist
D.   zijn er twee van juist
E.   is er geen enkele van juist
    A    B    C    D    E

[ 2-1572 - op net sinds 14.9.2024-(E)- ]

Translation in   E N G L I S H

IN CONSTRUCTION

Oplossing - Solution

2bc − b² − c² = −(b² − 2bc + c²) = −(b − c)² (−b − c)²
(−b − c)² = +(b + c)²   ja !
Neem bv. voor a=5 en b=4
a − b = 1
\( \small\sqrt{a^2-b^2}=\sqrt{25-16}=\sqrt{9}=3 \)
Besluit : geen enkele gelijkheid is correct !
GWB