Als je het raakpunt verbindt met het middelpunt van de cirkel ontstaat rechts een rechthoekige driehoek met scherpe hoeken van 30° en 60°.
De linkse driehoek is gelijkbenig (de stralen zijn de gelijke benen).
De tophoek ervan is de nevenhoek van die van 60° en meet dus 120° (supplement).
Voor de twee basishoeken blijft dan 60° over zodat elk ervan 30° meet.
Eén ervan is de hoek "?".