P.S. Deze vraag is afkomstig uit de allereerste Vlaamse Wiskunde Olympiade,
en naar mijn menig ook één van de mooiste meetkundevragen die ooit werden gesteld
[AH] is een diagonaal van een zijvlak
[HC] is een diagonaal van een zijvlak
[CA] is een diagonaal van een zijvlak
Ze zijn alle drie even lang omdat het diagonalen zijn van congruente vierkanten.
Bijgevolg is ΔAHC gelijkzijdig en zijn alle hoeken van de driehoek 60°, dus ook ∠AHC