Een vierkant met oppervlakte 1 ha is gegeven.
Verder ook nog een diagonaal, een hoekpunt A
en een midden M (zie figuur).
Als X het punt is op de diagonaal zodat
de afstand d = |AX| + |XM| het kleinst is,
dan is d, afgerond op 1 m gelijk aan
Vooreerst : C is het spiegelbeeld van A t.o.v. d e diagonaal BD. Waar X ook ligt op de diagonaal BD, de lengte van [AX] is dezelfde als de lengte van [XC] (!).
Om die reden kan je je eerste traject (van A naar X) vervangen door het traject van C naar X.
Wat is nu de kortste weg van C via X (op de diagonaal) naar M ? Natuurlijk via een rechte lijn ! !
M.a.w. je moet C met M verbinden en zo vind je het punt P waarin x zou moeten liggen.
De kortste weg is dus A→P→M en de lengte
is dezelfde als de lengte van de schuine zijde [CM] van de rechthoekige driehoek DCM.
Vermits de rechthoekszijden van deze driehoek 50 en 100 zijn, is de lengte van [CM] (en dus tevens het antwoord !) :