In een parallellogram |
A. zijn de diagonalen even lang |
B. zijn de diagonalen de bissectrices v.d. hoeken |
C. verdeelt een diagonaal het parallellogram in twee congruente driehoeken |
D. staan de diagonalen loodrecht op elkaar |
E. is de som van de vier hoeken 180° |
[ 3-0066 - op net sinds 11.11.97-(E)-19.7.2024 ]
In a parallelogram |
---|
A. the diagonals are equal in length |
B. the diagonals bisect each other |
C. a diagonal divide the parallelogram in two congruent triangles |
D. the diagonals are perpendicular to each other |
E. the sum of the four angles is 180° |