Te bewijzen : | |
Bewijs : | |
Deel I |
Voor de kleinste n-waarde, nl. 1 is de uitdrukking gelijk aan |
Deel II | Gegeven : |
|
Te bewijzen: |
| |
Bewijs : |
| |
__
| ||
__
| ||
__
| ||
__
| ||
__ is wegens (o.a.) de inductiehypothese een natuurlijk getal Q.E.D. | ||
N.B. Je kan het bewijs inkorten als je weet dat (k+1)5= k5+5k4+10k3+10k2+5k+1 De 6 coëfficiënten zijn afkomstig van de 6 getallen in de 6de rij van de driehoek van PASCAL. Ook zijn de zes coëfficiënten respectievelijk gelijk aan C50, C51, C52, C53, C54, C55 |