Te bewijzen : De som van de derde machten van drie opeenvolgende natuurlijke getallen is steeds deelbaar door 9
m.a.w. n3 + (n+1)3 + (n+2)3 = deelbaar-door-9
Bewijs :
Deel I Voor de kleinste n-waarde, nl. 0 is de uitdrukking gelijk aan
0³ + 1³ + 2³ = 0 + 1 + 8 = 9 → O.K.
Deel II Gegeven : k3 + (k+1)3 + (k+2)3 = deelbaar-door-9   ( I.H.)
Te bewijzen: (k+1)3 + (k+2)3 + (k+3)³ = deelbaar-door-9
Bewijs : (k+1)3 + (k+2)3 + (k+3)³
__ = (k+1)3 + (k+2)3 + k³ + 3k².3 + 3k.3² + 3³
__ = [k3 + (k+1)3 + (k+2)3] + 9.(k² + 3k + 3)
De eerste term [..] is deelbaar door 9 wanwege de inductiehypothese, de tweede omwille van de factor 9.
De ganse som is dus deelbaar door 9   Q.E.D.

Door het principe van volledige inductie is de stelling waar voor n = 0 (Deel I),
n = 1 (Deel II), n = 2 (Deel II), n = 3 ...   m.a.w. voor elk natuurlijk getal n


I.H. = Inductiehypothese     Q.E.D. = quod erat demonstrandum
Deel  I  = BASIC STEP
Deel II = INDUCTIVE STEP