Te bewijzen : | 10n+1 − 9n − 10 is deelbaar door 81 |
m.a.w. | 81 | 10n+1 − 9n − 10 |
Bewijs : | |
Deel I |
Voor de kleinste n-waarde, nl. 1 (0 is triviaal) is de uitdrukking gelijk aan 102 − 9 − 10 = 100 − 19 = 81 → OK. |
Deel II | Gegeven : | 10k+1 − 9k − 10 is deelbaar door 81 ( I.H.) |
Te bewijzen: | 10k+2 − 9(k+1) − 10 is deelbaar door 81 | |
Bewijs : 1ste manier | 10k+2 − 9(k+1) − 10 | |
__ = 10.10k+1 − 9k − 19 | ||
__ = 10.10k+1 − 90k + 81k − 100 + 81 | ||
__ = 10.(10k+1 − 9k − 10) + 81.(k + 1) | ||
De eerste term is deelbaar door 81 omwille van de Inductiehypothese, de tweede omdat we de factor 81 hebben kunnen voorop brengen. De hele som is dus deelbaar door 81 Q.E.D. |
||
Bewijs : 2de manier | 10k+2 − 9(k+1) − 10 | |
__ = (10k+1 − 9k − 10) + 9.10k+1 − 9 | ||
__ = (10k+1 − 9k − 10) + 9.(10k+1 − 1) | ||
De eerste term is deelbaar door 9 omwille van de Inductiehyp. De tweede is al minstens deelbaar door 9 maar ��k 10k+1 − 1 is deelbaar door 9 want een macht van 10 verminderd met 1 bestaat enkel uit de cijfers 9. (bv. 104 − 1 = 9999) De hele som is dus deelbaar door 81 Q.E.D. |