Te bewijzen : De som van de hoeken van een n-hoek is  (n − 2).180°
Bewijs :
Deel I Voor de kleinste n-waarde, nl. 3 is de veelhoek
een driehoek en daarvan is de som van de hoeken 180°.
Ook : (3 − 2).180° = 180° → O.K.
Deel II Gegeven : De som van de hoeken van een k-hoek is  (k − 2).180°
Te bewijzen: De som van de hoeken van een (k+1)-hoek is  (k − 1).180°
m.a.w. het verschil is 180° tussen de som van een k-hoek
en een (k+1)-hoek
Bewijs : A B C D E F G H P gricha - VI-N7 - 15.11.2022
Als je de hoeken bekijkt van de veelhoek ABCDEFGH
(k-hoek) meer specifiek de hoeken in A en H,
dan zie je dat bij overgang naar de (k+1)-hoek ABCDEFGHP
er precies hoeken () bijkomen, precies de drie hoeken
van een driehoek, dus 180°.

Door het principe van volledige inductie is de stelling waar voor n = 3 (Deel I), n = 4 (Deel II),
n = 5 (Deel II), n = 6 ...   m.a.w. voor elk natuurlijk getal n


I.H. = Inductiehypothese     Q.E.D. = quod erat demonstrandum
Deel  I  = BASIC STEP
Deel II = INDUCTIVE STEP