Te bewijzen : | 9.36n + 3.33n + 1 is deelbaar door 13 ∀ n ∈ ℕ |
m.a.w. | 9.36n + 3.33n + 1 is een veelvoud van 13 |
Bewijs : | |
Deel I |
Voor de kleinste n-waarde, nl. 0 is de uitdrukking gelijk aan 9.30 + 3.30 + 1 = 9 + 3 + 1 = 13 → deelbaar door 13 → O.K. |
Deel II | Gegeven : | 9.36k + 3.33k + 1 is deelbaar door 13 ( I. H.) |
Te bewijzen: | 9.36k+6 + 3.33k+3 + 1 is deelbaar door 13 | |
Bewijs : | 9.36k+6 + 3.33k+3 + 1 | |
= 9.36k.36 + 3.33k.33 + 1 | ||
= 9.36k.(1+36−1) + 3.33k.(1+33−1) + 1 | ||
= 9.36k + 9.36k.(36−1) + 3.33k + 3.3k.(33−1) + 1 | ||
= 9.36k + 9.36k.(33−1)(33+1) + 3.33k + 3.3k.(33−1) + 1 | ||
De som van de drie vette termen is deelbaar door 13 vanwege de Inductiehypothese. Daar 33− 1 = 26 = 13.2 bevatten de overige twee termen ook een factor die deelbaar is door 13 De hele som is dus deelbaar door 13 → Q.E.D. |