Te bewijzen : 22n−1 + 32n−1 = deelbaar-door-5
of :  22n−1 + 32n−1  is deelbaar door 5
of :  22n−1 + 32n−1  is een vijfvoud
of :  22n−1 + 32n−1  is een veelvoud van 5
Bewijs :
Deel I Voor de kleinste n-waarde, nl. 1 is
22.1−1 + 32.1n−1 = 21 + 31 = 2 + 3 = 5 = deelbaar-door-5
Deel II Gegeven : 22k−1 + 32k−1 = deelbaar-door-5     ( I.H.)
Te bewijzen: 22k+1 + 32k+1 = deelbaar-door-5
Bewijs :   22k+1 + 32k+1
= 4.22k−1 + 9.32k−1
= 4.22k−1 + 4.32k−1 + 5.32k−1
= 4.(22k−1 + 32k−1) + 5.32k−1
De eerste term is deelbaar door 5 omwille van de I.H., de tweede omwille van de factor 5.
De som is dus deelbaar door 5   Q.E.D.

Door het principe van volledige inductie is de stelling waar voor n = 1 (Deel I),
n = 2 (Deel II), n = 3 (Deel II), n = 4 ...   m.a.w. voor elk natuurlijk getal n


I.H. = Inductiehypothese     Q.E.D. = quod erat demonstrandum
Deel  I  = BASIC STEP
Deel II = INDUCTIVE STEP