Voor de kleinste n-waarde, nl. 1 is LL = 1 (de eerste term)
RL = 12 = 1
Deel II
Gegeven :
( I.H.)
Te bewijzen:
Bewijs :
__
Door het principe van volledige inductie is de stelling waar voor n = 1 (Deel I), n = 2 (Deel II),
n = 3 (Deel II), n = 4 ... m.a.w. voor elk natuurlijk getal n
I.H. = Inductiehypothese Q.E.D. = quod erat demonstrandum Deel I = BASIC STEP
Deel II = INDUCTIVE STEP
De stelling zegt dus bijvoorbeeld dat de som van de eerste vier oneven natuurlijke getallen gelijk is aan 42.
Inderdaad : 1 + 3 + 5 + 7 = 16 = 42 !