| Het staafdiagram vertelt in welke maand de leerlingen van een bepaalde klas verjaren. Welke uitspraak is juist ? |
|---|
| A. In de klas zitten 29 leerlingen |
| B. Er zijn twee opeenvolgende maanden waarin vijf leerlingen verjaren |
| C. In de eerste helft van het jaar verjaren minder leerlingen dan in de tweede helft van het jaar |
| D. In de twee vakantiemaanden verjaren 5 leerlingen |
| E. Er is een periode van twee opeenvolgende maanden te vinden waarin zeven leerlingen verjaren |
[ 2-9712 - op net sinds 30.12.2024-(E)-7.6.2025 ]
|
IN CONSTRUCTION |
|---|